Goddelijke Bestemming En Voorschrift En Goddelijke Genade
Goddelijk voorschrift betekent het uitvoeren van de beslissingen of de oordelen van Bestemming. Dit omvat de menselijke daden en Gods schepping ervan op hetzelfde moment. dit betekent dat de mens iets wil doen wat vooraf in de Bestemming is vastgelegd en God staat hem toe om dit te realiseren.
Het originele Arabische woord dat hier als Goddelijke Gratie is vertaald is: 'ata' wat betekent: vrij weggeven, zelfbeschikking.
Zoals eerder gezegd, heeft God twee hoofdregisters: Het Oorspronkelijk Bewaarde Tablet en de Duidelijke Optekening. Het eerste verwijst naar de Bestemming of Goddelijke Kennis en het tweede, kan worden aanzien als een verwijzing naar de tijd. Alhoewel er geen verandering is in Goddelijke Kennis of het Opperste Bewaarde Tablet, daar God ook een absolute, onbeperkte Wil heeft en niet door Bestemming worden beperkt. Hij bepaalt voor zijn Schepsels, Hij maakt veranderingen in wat hij heeft opgetekend in het Duidelijke Boek. Dit is duidelijk in het vers: ‘Allah doet te niet (veegt) wat Hij wil en bevestigt wat Hij wil en bij Hem is de oorsprong van het Boek’ (al Ra'd, S13, A39)
Dit is zeker een moeilijke kwestie, moeilijk te begrijpen. Alhoewel we niet in staat zijn volledig te begrijpen wat de realiteit is van deze uitveging en bevestiging, kunnen we dit dikwijls in onze levens vaststellen. Een man verlaat bijvoorbeeld zijn huis met de bedoeling een plaats te bereiken waar zonden vrij worden begaan. nochtans regelt God, uit mededogen voor Zijn dienaars en om hen te redden, dat er goede vrienden opduiken onderweg die hem overtuigen om naar een goede plaats te gaan. Op dezelfde manier begaat een dienaar té gemakkelijk zonden en stelt zich dan bloot aan tegenslag. Maar nogmaals, door Zijn Genade, handelt God niet vanuit Zijn Rechtvaardigheid maar eerder, behandelt hij de zondaar met het grootste mededogen en vergeeft hem en redt hem van de ondergang.
Goddelijke Genade bestaat opdat een mens nooit zou wanhopen en steeds vergiffenis kan bekomen. Dan kan deze zich naar God richten om het even hoe groot de zonden die werden verricht. Nogmaals, de Goddelijke Genade bestaat opdat de dienaren van God zichzelf niet zouden beschouwen als absoluut gebonden aan de gevolgen van hun daden die het Voorschrift en de Goddelijke Bestemming hen zouden voorbereiden. Dit wordt duidelijk gesteld in de volgende verzen:
'Wat u ook overkomt, elke tegenslag wordt door uw eigen handen veroorzaakt, en voor vele van uw daden zal God u vergeven.' (al-Shura, S42, A30)
'Indien God de mensen zou straffen voor hun slechte daden, dan zou Hij op aarde geen enkel levend wezen overlaten, maar Hij berispt hen , tot een vastgestelde grens.' (al-Nahl, S16, A61)
'Vertel aan hen van Mij: O Mijn slaven, die tegen hun eigen zelf hebben gezondigd! Wanhoop niet aan God's vergeving! Waarlijk, God vergeeft alle zonden; want hij is de al-Vergevende, de Meest Genadevolle.' (al-Zumar, S39, A53)
Goddelijke Genade of Bevrijding of Mildheid, uit zichzelf op de duidelijkste manier in de geschiedenis der volkeren. Verantwoordelijk en aanspreekbaar zijn voor hun daden helpt de volkeren van hun geschiedenis te beheersen. Hierdoor zijn historische filosofieën zoals het historicisme, vér van de waarheid: er is geen absolute vastlegging van de realiteit mogelijk in de geschiedenis of in geschiedkundige gebeurtenissen.
Vele volkeren die eerder leefden zoals het volk van 'Ad, het volk van Thamud en de mensen van de Farao, verdienden van ten onder te gaan en God roeide hen uit. Hun zondige levensstijlen en de onrechtvaardigheden en gruweldaden leidden hen naar de ondergang. Het volk van de Profeet Jonah, vzmh, echter wendde zich tot God in uiterste eerlijkheid en met diep berouw en vormde zichzelf moreel om nadat ze de tekens zagen van de komende vernietiging. Daardoor spaarde God hen.
'God zag af van de straf der woede in deze wereld, en stelde hen een tijdje gerust.' (Yunus, S10, A98)
Door dit punt te benadrukken zei Gods Boodschapper, vzmh,: 'Vrees doet het ongeluk niet verdwijnen, maar gebed en naastenliefde doen dat wél.' (Kanz al-Ummal, Hadith nr. 3123; L. Asakir: Tahdhib Tarikh al-Dimashq, 5.168) Daarom mag een gelovige nooit opgeven van te bidden en aalmoezen te geven, vooral wanneer hij voelt dat een ongeluk gaat komen, moet hij zich onmiddellijk in gebed tot God wenden, berouw tonen en aalmoezen aan de armen geven of schenkingen doen in dienst der Islam.
- Aangemaakt op .