Onvermijdelijke dubbelzinnigheid van de Gülen-beweging
Net als schoonheid, wordt dubbelzinnigheid geopenbaard aan degenen die er oog voor hebben. Hoewel aan de dubbelzinnigheid van Hizmet ofwel de Gülen-beweging − sociale beweging die geënt is op ideeën van de Turkse intellectueel Fethullah Gülen − een aantal aan Hizmet gerelateerde oorzaken ten grondslag liggen, hebben nog meer oorzaken te maken met de perceptie van de buitenstaander. Hizmet tart de meeste van onze vooroordelen; we willen het beestje graag een naam geven en in een hokje stoppen en worden boos wanneer dat ons niet lukt. En dan verzinnen we allerlei niet-kloppende beelden van een man, een beestje en een hokje dat te klein is.
De reden daarvoor is dat Hizmet allerlei zaken combineert waarvan we niet gewend zijn dat die op die manier gecombineerd worden: geënt op geloof (de motivatie), maar toch geloofsneutraal (in activiteiten); gebaseerd op principes van de Koran, maar toch inclusief en zonder bekeerdrift; overwegend moslim, maar open naar de samenleving toe en constructief reagerend op moderne en postmoderne ideeën en levenswijzen. Het grootste struikelblok is echter waarschijnlijk ons ingebakken cynisme ten aanzien van een altruïstische wens om tot een meer humane, liefdevolle en vreedzame wereld te komen. We zijn er immers aan gewend dat voor niets de zon op gaat en dat wanneer een vreemde iets voor ons doet, daar altijd iets tegenover moet staan.
In zijn meest recente boek Gülen: The Ambiguous Politics of Market Islam in Turkey and the World (2013), betoogt socioloog Joshua D. Hendrick (Loyola University Maryland) dat de Hizmet-beweging strategische dubbelzinnigheid hanteert door onduidelijk te blijven over de brede doelstellingen, het karakter en de methoden van de beweging. Het gevolg daarvan is een zekere flexibiliteit waardoor de beweging voor elk wat wils kan zijn. Voorbeelden van die strategie zijn Gülens rol met betrekking tot de beweging, zijn verhouding tot de scholen en zelfs zijn geboortedag.
Als Hizmet-sympathisant ben ik het er niet mee eens dat dubbelzinnigheid, als zoiets al bestaat, een strategisch belang dient. In de 20 jaar dat ik sympathisant ben, was ik getuige van en betrokken bij verschillende pogingen om de doelen, waarden en activiteiten van de beweging duidelijker en toegankelijker te maken. Dus als er al een overkoepelende strategie bestaat, dan heeft die duidelijkheid als doel, en niet dubbelzinnigheid. Ik geef toe, het laat onverlet dat er dubbelzinnigheid is. Ik ben echter van mening dat dit onvermijdelijk en vaak onopzettelijk is. Daar heb ik verschillende redenen voor.
Dubbelzinnigheid? Onvermijdelijk en onopzettelijk, want..
Ten eerste, Hizmets ideaal is veel groter dan wat de meeste mensen ervan denken. Het gaat niet om dagelijkse politiek, economie of macht, maar om iets diepers en significanters. Door middel van Gülens leer en raad en de activiteiten van de beweging, wil Hizmet bijdragen aan een reconceptualisering van onze formatieve ideeën, culturele paradigma’s, ons begrip van de realiteit en manieren van ‘zijn’. Daarmee brengt Gülen een vernieuwing die materie en metafysica, wetenschap en geest, egocentrisme en sociale verantwoordelijkheid beter met elkaar in evenwicht brengt. Gülen stelt dat dat niet in één keer of door één beweging gerealiseerd kan worden, maar dat het een generationele verschuiving is waaraan hij wil bijdragen. Gülen behandelt het in een aantal van zijn boeken en artikelen, zoals The Statue of Our Souls, The Light (2005). Je kunt het ideaal onrealistisch, utopisch en zelfs idioot vinden, maar dat is weer een geheel andere discussie. Waar het hier om gaat is dat een beweging met zo’n doel logischerwijs overkomt als dubbelzinnig wanneer geprobeerd wordt die beweging te begrijpen vanuit een volledig andere en incompatibele zienswijze. Het is alsof we op verschillende niveaus met elkaar praten – en dus volkomen langs elkaar heen.
De tweede onvermijdelijke dubbelzinnigheid treedt op wanneer we Gülens rol ten aanzien van de beweging proberen te begrijpen. Gülen is geen conventionele leider of manager – laat staan een micromanager. Hij voorziet de beweging weliswaar van een raamwerk voor Hizmets ideeën en principes, maar die ideeën en principes worden dialoogsgewijs ontwikkeld door Hizmets praktijken en activiteiten. Omdat de beweging sterk gedecentraliseerd is over meer dan 160 landen, beperkt Gülen zich ertoe op metaniveau te spreken. Op die manier hebben zijn visies en adviezen waarde voor zo veel mogelijk mensen en contexten. Treedt hij echter in detail, dan bestaat het gevaar dat zijn ideeën niet meer op zoveel plekken en in zoveel situaties toepasbaar zijn.
De derde reden is de onvermijdelijke discrepantie tussen theorie en praktijk, twee niveaus waarop Hizmet tegelijkertijd actief is. Niet alleen biedt Hizmet ons een theoretisch kader, het houdt zich ook bezig met een waaier aan activiteiten. De discrepanties, en zelfs tegenstellingen, hier zijn het onvermijdelijke gevolg van het tegelijkertijd ‘toepassen’ als ‘omhelzen’, en al helemaal in relatie tot een massale grassrootbeweging. Een voorbeeld daarvan is Gülens visie op genderzaken en de praktijk van Hizmet. Terwijl Hizmets praktijk op dit terrein ver voor ligt op de benadering en cultuur van Turkije ten aanzien van vrouwenzaken, loopt het tegelijkertijd sterk achter op Gülens leer. Zonder de oorzaak van die discrepantie te begrijpen, is men geneigd te denken dat het opzettelijk is. Terwijl het dat niet is.
De vierde reden is dat terwijl Hizmets waarden, idealen en principes onveranderlijk blijven, de praktijk zich continu ontwikkelt en evolueert. Deelnemers aan de beweging zijn zich bewust van die dynamiek van haar activiteiten en van Hizmets wens om zo inclusief mogelijk te zijn. Door dat besef formuleren en kaderen ze hun doelen, namen en beeldvormingen zo breed, dat ze op een buitenstaander overkomen als ondoorzichtig. Waarom zou je een Turks tv-station ”De Melkweg” (Samanyolu) noemen of een tijdschrift, getiteld ”De Fontein” (Sızıntı) publiceren over wetenschap, religie, literatuur, geschiedenis en poëzie? Het punt is dat een dergelijke brede oriëntatie onvermijdelijk, en onbedoeld, een evenzo grote hoeveelheid dubbelzinnigheid oplevert.
Een laatste argument heeft te maken met reflexen en gewoonten. Hizmet ontstond in het moderne Turkije en wordt geleid door overwegend Turkssprekenden. De moderne Turkse Republiek is gebaseerd op, onder meer, de afwijzing van religie en op de vooronderstelling dat de burgers niet in staat zijn om zichzelf te hervormen. Deze manier van denken leidde tot een autocratisch regime dat moslims in de publieke arena vervolgt – net als de alevieten, Koerden, Armeniërs en andere minderheden die om wat voor reden dan ook niet pasten in het plaatje van de nieuwe ‘ideale Turkse burger’. Om die reden werd het voor Hizmet-sympathisanten een tweede natuur om in Turkije de persoonlijke identiteit te verbergen.
Nog een woord over Turkije
En hoewel de leiders van Turkije veranderd zijn, geldt dat niet voor de dynamiek van controle en macht. Onlangs ontketende premier Erdoğan een heksenjacht op Hizmet-sympathisanten in de publieke sector. De onbedoelde en onvermijdelijke consequentie daarvan is dat sommige Hizmet-sympathisanten zeer behoedzaam opereren in Turkije. Het is duidelijk dat bestaande dubbelzinnigheden meerdere oorzaken hebben en dat ze onvermijdelijk en onbedoeld zijn.
Zowel het traject als de beweging is echter zo open, duidelijk en transparant als maar mogelijk is. En er is al veel bereikt op dat gebied door een grotere zichtbaarheid, de bereidheid van de beweging om zich vaker uit te spreken en samen te werken in uiteenlopend kritisch onderzoek naar de organisatie.
Tot slot, veel van de dubbelzinnigheid vloeit voort uit de hardnekkigheid waarmee buitenstaanders proberen om de beweging in te passen in hun vooroordelen en aannames. Ze zouden de mogelijkheid eens moeten overwegen dat de beweging niet een beestje is dat een naam moet hebben en dat wanneer een vreemde iets voor hen doet, hij daar niet op een dag een tegenprestatie voor terug verlangt.
Özcan Keleş onvermijdelijke dubbelzinnigheid van de GulenbewegingÖzcan Keleş is promovendus in Human Rights Law aan het Human Rights Centre van de University of Essex en directeur van de organisatie Dialogue Society in Londen.
- Aangemaakt op .